Blidö – Runmarö, wo 20 juli 2011 08:30 - 13:10, 22 zm
De wind zit in de verkeerde hoek als we zuidwaarts willen. We overleggen of we via Stockholm zullen varen, dan hebben we in ieder geval het stuk tot Vaxholm de wind in de zeilen, maar deze route hebben we in beide richtingen al eens gevaren. De route in zuidelijke richting heeft onze voorkeur, omdat we dan grote stukkrn heel dicht tussen de eilandjes kunnen varen.
Toen we vorige week een stukje hiervan met onze vrienden hebben gevaren hebben we hieraan kunnen proeven. We kiezen hiervoor en de motor moet het werk dan maar doen, want de richting ligt pal in de wind. Het is een onvoorstelbaar mooie tocht. We slingeren tussen veel eilandjes door en hoewel we overal redelijk ruim kunnen varen komen is de doorvaart bij Finnhamn voor ons gevoel wel een beetje nauw, zeker als er, zoals nu in het hoogseizoen, vele boten langs deze plek passeren. Als snel hiena wordt het water breder en kunnen we het laatste stuk tot Runmarö nog zeilen. Hoewel het nog erg vroeg op de dag is, stoppen we bij Runmarö waar we in de Norrviken van het eiland Storön willen overnachten. Vroeg aankomen heeft als voordeel dat er plaats is. Het baaitje blijkt een buitenhaven van de SKK, de Zweedse Kruiser Klub, te zijn, vergelijkbaar met Lill Luban in het hoge noorden. Er zijn een aantal blauwe ankerboeien en een mooie steiger waar we aan vastmaken. Er ligt nog een zeiljacht en twee motorboten.
Wat later komt de Bree-rust, een Nederlandse Breehorn 37, binnen met een stel aardige mensen aan boord. Zij varen al jaren in dit gebied en hebben een grote ervaring. Van hen hoor ik welke boeken zij het meest gebruiken om mooie ankerplekken te vinden. Deze boeken nog gedetailleerder dan de Hamnguiden die wij gebruiken, maar beide naslagwerken hebben hun eigen specifieke voordelen. In de Hamnguiden staan foto’s en in de aanbevolen boeken zijn de plekken rood aangegeven waar goed aan de rotsen vastgemaakt kan worden. Een goede aanvulling dus op hetgeen ik al heb. De volgende dag is het weer minder goed en blijven we liggen. Ik maak een wandeling over het eiland Storön, en verder vermaken we ons met lezen en puzzelen. Internetten met de dongle hier tussen de rotsen is met een slecht signaal nauwelijks mogelijk en ik kan dus niets doen aan de site. De Wifi antenne ziet geen enkel netwerk, wat ook niet verwonderlijk is.
Vandaag willen we weer wat inkopen gaan doen en daarom vertrekken we tamelijk vroeg. Volgens de weerberichten kunnen we rekenen op een oostelijke wind en daarom hebben we twee mogelijke bestemmingen: Nynäshamn of als heel hard gaat Öxelösund.
Als we uit het baaitje zijn en de windsterkte voldoende kunnen inschatten blijkt de richting meer noordelijk en het waait tegen een 5-je aan. We rollen alleen de genua uit en daarmee maken we een snelheid van rond de 6 knopen. Als de wind heel ruim inkomt is het steeds de vraag wat de beste zeilvoering is. Met het grootzeil gehesen valt de genua constant in. De genua een stuk inrollen lost dit probleem op, maar met alleen de genua helemaal uitgerold en geen grootzeil is de snelheid ongeveer dezelfde. Als later tijdens de tocht de wind wat afneemt en we bovendien vlak voor de wind varen, hijsen we het grootzeil en bomen we de genua uit. We hebben al gauw door dat Öxelösund vandaag te ver verwijderd ligt en Nynäshamn wordt dus de bestemming van vandaag. Om half kiezen we een willekeurige vrije boei om achter vast te maken en liggen naast de ‘Grietje’, de Duitse boot uit Schokkerhaven waar we ook al contact mee hadden in Öregrund en Trysunda. Het is gezellig om even weer wat ervaringen uit te wisselen, maar zij waren al op de hoogte omdat ze de website regelmatig bezochten. Nynäshamn is een prima plek om boodschappen te doen. Ik loop een paar keer naar het centrum en koop ook de twee aanbevolen boekwerken met ankerplaatsen. Daarnaast neem ik ook maar een Zweeds woordenboek mee, want er komen toch te veel woorden in de tekst van de Hamnguiden voor, waardoor de strekking van de zin mij soms ontgaat.
E
’s Avonds na het eten zitten we op de eerste rang als de reddingsboot een Zweeds jacht binnenbrengt. Er zit een zeil onder de boot door gebonden aan de voorzijde en op het dek staat een motorpomp water naar buiten te pompen. Het jacht wordt stevig aan een steiger vastgebonden en de pomp blijft doorpompen. Ik bekijk het even van dichtbij en hoewel ik het niet kan zien, ben ik ervan overtuigd dat er een gat in de romp moet zitten. Hoe kan zoiets nu toch zijn ontstaan……… Voor ons opnieuw een waarschuwing om gespitst te blijven.
Er staat een oversteekje over wijd water op de planning. Eerst moeten we rond Landsort en daarna kan afhankelijk van de afstand die we willen varen een zuidwest tot zuidelijke koers worden aangehouden. We vertrekken zonder een vast doel en willen pas na Landsort bepalen waar we naartoe gaan. Het weer is nogal anders dan wat we gewend zijn: het is zwaar bewolkt, heel erg vochtig en het zicht is beperkt.
We varen de 13 mijl naar Landsort hoog aan de wind. Al tamelijk snel knapt het weer op en komt de blauwe lucht weer te voorschijn. Ik zoek een plekje op waar we kunnen ankeren en waar we ook harde wind kunnen doorstaan, want het lijkt erop dat het zondag hard zal waaien. Op het eiland Harstena is een prachtige lagune, Flisfjärden, die in alle boekwerken die we inmiddels hebben wordt genoemd. We kunnen er zowel rotsankeren als ‘svaj’ankeren, dus ideaal. De ingang is lastig want vlak voor de ingang liggen twee ondiepten en bovendien moet er tussen twee stenen worden doorgevaren die zo’n 40 meter uit elkaar liggen. Daarna moeten we nog een tweede smalle doorgang passeren die niet breder is dan 20 meter en in het midden maar drie meter diep is. Hoewel de Duitse zeiler Parczyk het in zijn beschrijving heeft over ‘Herzklopfen’ tijdens het naar binnen varen, wordt in elk van de boekwerken toch gezegd dat het ook voor diepstekende jachten prima te doen is.
Met behulp van de kaartplotter komen we ook prima in de lagune, hoewel we stapvoets varen. Het is overvol, alle plekken aan de rotsen zijn bezet en er liggen ook een behoorlijk aantal jachten voor anker. We kunnen er nog wel bij en laten het anker vallen en liggen prima. Ik laat de wekker ’s nachts wel een aantal keren aflopen om te controleren of we nog steeds op hetzelfde plekje liggen.
Harstena, Flisfjärden Zo 24 juli 2011
Als ik ’s morgens om half vijf de zaak controleer liggen we nog steeds op hetzelfde plekje, maar de wind is wel behoorlijk aangetrokken. Als ik iets later even buiten kijk zie ik dat we opeens dwars op de wind liggen en dat is vreemd. De diepte meter wijst iets minder aan dan drie meter en dat is ook vreemd. Dan zie ik plotseling dat we niet meer vastliggen en dwars op de wind wegdrijven. Ik start de motor en roep Hilda. Inmiddels is de diepte nog 1.9 meter en zitten we dus aan de grond, in dit geval geen steen gelukkig. Met de boegschroef en de motor zijn we snel weer op dieper water, maar omdat het zo vol is valt het niet mee om een geschikt plekje te vinden. We verkassen een keer of vier voordat we vastliggen en bovendien ver genoeg van andere boten verwijderd blijven tijdens het zwaaien.
De wind komt uit het zuiden en is nog behoorlijk merkbaar in de lagune. We meten regelmatig windsterktes tegen de 6Bf. OP de GPS kunnen we gelukkig heel goed in de gaten houden of we op hetzelfde plekje blijven liggen. De afstand tot de plek waar we het anker dropten blijft tijdens het zwaaien tussen de 0.017 en 0.021 Zm ( tussen 32 en 38 meter ) een beetje afhankelijk van richting en kracht van de wind. Als de wind nog verder aantrekt en eigenlijk continue 6Bf waait lijkt het me wenselijk om nog wat meer ketting te steken. Dit levert echter een waarschuwing op van een boot die aan de rotsen ligt. Eerst begrijpen we niet helemaal wat er aan de hand is maar dan snap ik het: onze ketting loopt over de lijn van hun achteranker, die behoorlijk ver achteruit ligt. We verkassen dus nog een keer. We kunnen nog wat dieper de lagune in, want er zijn inmiddels een aantal boten vertrokken of aan de rotsen gaan liggen. We steken bijna onze volledige 50 meter ketting en liggen de rest van de dag als een blok bij een zuidenwind die een tijdlang sterkten tussen de 25 en 30 knopen op de meter toont. In de loop van de avond zakt de wind weer af tot een 4Bf en dat is toch wat aangenamer zo tijdens de nacht.
[nggallery id=156]