Lövgrund - Segelvik, za 11 juni 2011 08:15 - 17:45, 47 zm
De wind komt uit een noordelijke richting en het is een dag kruisen met zwakke wind, maar wel met een blauwe lucht en veel zon. Het is zaterdag en we zien af en toe een andere zeilboot in de buurt. Verder zijn we alleen op het wijde water langs de Zweedse kust.
De hele dag zeilen we met gemiddeld zo'n 8 knopen en de boot loopt dan ruim 5 mijl per uur, maar regelmatig zakt de wind in en de snelheid doet dan hetzelfde. Het is dan erg oppassen geblazen, want op zo'n moment draaien we helemaal af. Als we Agö Ormsund ,het doel dat we ons min of meer gesteld hadden, willen bereiken zal het niet vroeg worden. Omdat de wind steeds verder afneemt aan het einde van de middag, zoeken we een alternatief dat we vinden in Segelvik. Het laatste stukje van een mijl of 3 varen we op de motor en om 6 uur liggen we vast in een schitterend baaitje aan een steigertje van de zeilclub van Söderhamn met achteruit een meerboei. De plaats Söderhamn zelf, met een voor ons te ondiepe haven, ligt nog een eindje verder landinwaarts, maar de zeilclub heeft zijn basis dichter bij de zee. In deze oase van rust vinden wij het bovendien een stuk plezieriger dan langs de kade in een stadje.
Segelvik – Agö Storhamn, zo 12 juni 2011 12:30 - 18:00 , 26zm
Als ik zondagmorgen om half zeven opsta is het bladstil. Een mooie gelegenheid om een wandeling te maken. Vanaf de parkeerplaats van de haven loopt een ongeplaveide toegangsweg rond de inham en zal waarschijnlijk wel ergens op de weg naar Söderham uitkomen.
Het lijkt net alsof de weg die morgen al met water is besproeid om het stuiven van zand tegen te gaan, want het heeft niet geregend en de weg is behoorlijk vochtig. Of de Zweden hier nu permanent wonen of hier alleen een weekendverblijf hebben weet ik niet maar overal staan richtingbordjes met namen en huisnummers.
Kenmerkend zijn ook de verzamelplaatsen van postbussen die in een lange rij aan een soort hekwerk bevestigd zijn. Hout is wel het favoriete bouwmateriaal en de huizen zijn meestal rood geverfd. De huizen waar ik vlak langs wandelde waren voorzien van elektriciteit dat via bovengrondse leidingen wordt aangevoerd. Verwarmen doet men blijkbaar met olie, want ik zie vulopeningen van de voorraadtank die dusdanig zijn gemaakt dat de olieboer vanaf de weg kan bevoorraden. Rond de baai zie ik ook een ‘optrekje’ met eigen aanlegsteiger waarvoor, wat mij betreft, de benaming weekendhuis een belediging zou zijn, maar toch lijkt het erop dat het niet permanent bewoond is.
Zo tegen de middag begint het weer een heel klein beetje te waaien en we vragen ons af of we nog niet een stukje kunnen gaan varen. In het boekje ‘Bottenhavskusten, Öregrund – Höga Kusten’ bekijken we de mogelijkheden. Het zal waarschijnlijk wel de hele middag duren maar we gaan naar een plekje op zo’n 20 mijl afstand. De weerberichten op www.foreca.se geven aan dat het de volgende dag geen zonnige dag zal zijn en dat het kan gaan regenen, terwijl we de wind ook uit het noorden kunnen verwachten. Ik heb grib files gedownload die deze verwachtingen bevestigen en uit deze gegevens blijkt dat de wind zo rond elf uur die avond uit het noorden zal waaien, maar met maximaal 10 knopen, dus 3Bf.
Als we varen blijkt er toch niet zo veel wind te zijn, maar omdat we halve wind varen halen we een redelijke snelheid. Nadat we de rotseilandjes achter ons hebben gelaten gaat het meer noordwaarts en varen we met ruime wind. De snelheid zakt onder de vijf knopen, zeker als de wind de 7 knopen niet meer haalt. We zijn alleen op het water, nergens ondiepten en de elektrische stuurautomaat is ons beste maatje, dus wij lezen en puzzelen wat. Maar . . . als we ongeveer halverwege zijn zie ik op de horizon een donkere streep en denk in eerste instantie dat er wat meer wind staat aan te komen. Vijf minuten later trekt de wind behoorlijk aan en is er geen horizon meer te bekennen. Er komt een geweldige regenbui aan, althans dat denken we, en als de wiedeweerga hebben we onze zeilpakken aan, maar voor we daarmee klaar zijn zitten we in potdichte mist. De vochtigheid is ineens zo hoog dat alles begint te druppen en we onze brillen constant aan het vegen zijn. Ook de windrichting is plots veranderd van ZO naar NNO en we kunnen de juiste koers niet meer halen. Voor alle zekerheid trek ik het eerste rif, want de meter staat al regelmatig dicht tegen de 6Bf aan.
Hilda baalt hevig, want mist is voor haar het ergste dat er is, zeker als we weer tussen de rotsen door moeten naar ons gekozen plekje. Maar de mens lijdt het meest . . . .
Een anderhalf uur later is de mist weer opgetrokken en kunnen we weer zien waar we naartoe varen. Met een enkele extra slag zijn we ver genoeg om stuurboord uit boven het eilandje Tillhällan langs te varen en de inham in het midden van Agö binnen te varen. De inham is behoorlijk groot en we kunnen het niet zo goed in overeenstemming brengen met het plaatje dat we in de gids zagen. Op de plotter zien we in het midden van de inham een ‘haventekentje’en bovendien zie ik met de kijker achter in de inham twee SXK boeien liggen, dus dat zit wel goed. Iets later ziet Hilda een steigertje op de kant en als we er dichterbij komen staat er zelfs een ‘Gasthamn’ bord. Omdat hel wel eens erg ondiep kan zijn, varen we erg voorzichtig naar de steiger, maar als we er zijn blijkt we nog 5 meter onder de kiel hebben.
We maken vast, anders dan de Zweden het gewend zijn, langs de steiger en niet met een anker achteruit. Van de 20 gastenplaatsen nemen wij zo er zeker 5 voor onze rekening, maar voorlopig zijn wij, op pinksterzondag, de enige boot. Het kost ons de lieve som van SEK 20 (€2,25) om hier een etmaal te mogen liggen. Als we nog eens in de gids kijken blijkt dat er twee plekken op Agö in het gidsje staan, Storhamn, waar we nu zijn, stond op de volgende pagina.
Aan de kant vinden we een aantal BBQ’s, compleet met een klein schuurtje met banken erin, waar je tijdens het BBQen bij elkaar kunt zitten. We klimmen een paar meter omhoog naar een ander gebouwtje dat een trekkershut blijkt te zijn. Binnen zijn stapelbedden, tafels en stoelen en een keukentje met een gasstel waar op gekookt kan worden, compleet met pannen e.d., zefs een aansteker ontbreekt niet. In het midden staat een houtkacheltje om het vertrek te verwarmen. Buiten zijn boomstammetjes, een zaag, een bijl en een bok om de stammen klein te maken.
Net als bij de haven, kan ook hier een klein bedrag worden achter gelaten in een goed aan de muur verankerde metalen brievenbus met stevig hangslot. Een tweede gebouwtje iets verder blijkt de ‘Bastu’ (Sauna) te zijn, waarvoor ook weer lichamelijke arbeid moet worden verricht om er gebruik van te kunnen maken. Ook hier een zaag en bijl om het hout voor te bereiden om de sauna te stoken.
’s Avonds maak ik een wandeling over het eiland. Bij ons aanlegsteigertje staan bordjes met o.a aanduidingen Agö Fyr, Fiskehamn. Om niet te verdwalen zijn hier en daar de bomen van een paars ververfde ring voorzien. Nadat ik de route een kilometer of twee gevolgd heb, kom ik voor een heel groot open stuk waar alleen jonge bomen staan. Een bordje geeft aan dat in 1997 als gevolg van onweer hier zo’n 1000 ha bos is verbrand. Veel stammen liggen nog her en der verspreid. Ik ga maar terug, want ik heb geen idee hoe ver ik moet lopen naar de vissershaven of de vuurtoren.
Maandag 13 juni 2011
De volgende morgen waait het nogal en bovendien regent het. Het is grauw en mistig en we vertrekken niet. Het blijft bijna de hele dag regenen en pas tegen de avond wordt het weer droog, maar de wind blijft. We vermaken oms zo’n dag met lezen, puzzelen en kaarten, De site bijwerken gaat niet want op dit eiland hebben we zelfs voor de telefoon geen bereik.
Agö Storhamn - Mellanfjärden, di 14 juni 2011 08:00 - 16:00, 37 zm
Als we opstaan zit de wind nog steeds in het Noorden. Volgens de grib files zou de wind al meer uit het Noordoosten moeten komen, maar dat zal nog wel komen denken we en als dat gebeurt halen we Sundsvall misschien wel. We overleggen even of we aan de oost- of westkant van Agö langs zullen varen, maar we achten de oostkant beter geschikt omdat we dan kunnen zeilen.
De westkant is een smalle geul tussen twee eilanden door en dat zal waarschijnlijk op de motor moeten worden gedaan. Als we Agö aan de oostkant hebben gerond, moeten we kruisen en proberen we zo hoog mogelijk te zeilen. Al gauw zetten we de windvaan erop, omdat deze roerganger attenter is dan wij, wat hoog aan de wind zeilen betreft. We zeilen deze dag weer in de mist en kunnen alleen op de plotter zien hoe ver we nog vanaf land zijn. Om een uur of een ’s middags draait de wind een beetje naar het oosten en het eerste voordeel dat we daarvan hebben is dat we het eilandje Bålsö juist aan bakboord kunnen houden en geen slag meer hoeven te maken. Iets later stuurt de windvaan de boot naar twee eilandjes die we in eerste instantie aan stuurboord zouden houden, maar hoe dichter we erbij komen hoe hoger we kunnen varen en het gaat erop lijken dat de windvaan er tussendoor wil. Uiteindelijk gebeurt dit ook en we zien alleen een eilandje over bakboord. Het eilandje over stuurboord zien we niet, daarvoor is het te mistig, terwijl de afstand niet groter kan zijn geweest als 400 meter.
Als de wind later nog iets verder doordraait is Mellanfjärden juist bezeild. We maken vast in het haventje aan een achterboei en de punt aan de kade. In een piepklein winkeltje halen we een gedeelte van de noodzakelijke boodschappen. De voorzieningen zijn minimaal, een havenmeester zien we niet, maar het havengeld mag in een envelopje in een brievenbus worden gedeponeerd. In vergelijking met andere havens vinden we de prijs gepeperd: SEK 130 Plus 25 voor de elektriciteit. Voor de douches moet ook nog eens in de beurs worden getast. Het is dat we boodschappen nodig hadden, maar ankeren was makkelijker geweest en 500 meter voor de haven zag ik een prima plek.
Het weer en weerkaartjes
Vanuit Duitsland ontvangen we continue weerberichten en weerkaartjes met onze Wibe box. Dit apparaatje heeft een eigen geheugen waar de gegevens worden opgeslagen tot we deze gegevens naar de computer halen. We ontvangen meerdere keren per dag een uitgebreid weerbericht, een 5 daagse weerprognose, stationsmeldingen, Navtex berichten en een grafische weergave van de luchtdruk, de barometer dus. En niet te vergeten verschillende weerkaartjes. Ik ben nog lang geen expert in de interpretatie van deze kaartjes. Toch is het interessant om met behulp van de uitgebreide weerberichten te bekijken welke verbanden te leggen zijn tussen de kaartjes en het weer. Een aantal wetmatigheden heb ik inmiddels wel ontdekt, maar er valt nog veel te leren geloof ik.
De barometer overzichten. Op de barometer overzichten zien we over de afgelopen uren/dagen hoe de barometer zich heeft gedragen en of het gedrag dalend of stijgend is. Als we constateren dat de druk per uur 1 hPa varieert weten we zeker dat er veel wind aan staat te komen en bij 2 hPa per uur Heel veel wind.
Dit kaartje is van 06 juni om even wat variaties te laten zien.
Van een Amerikaanse site kunnen weer-informatiefiles worden gedownload voor vrijwel de hele aarde. Deze gegevens kunnen dan weer worden verwerkt in de betere navigatieprogramma's. Wij hebben op onze computer WinGPS en Raymarine Raytech 6.2 geinstalleerd. Beide programma's kunnen deze zgn. grib files verwerken. Als de gribfiles zijn gedownload en op het juiste knopje is gedrukt zien we op de kaart pijlen staan die de windrichting en de windsterkte aangeven. Met behulp van een schuifje kunnen we in de toekomst kijken, tot 7 dagen vooruit, hoe de wind zich zal gaan gedragen.