Voordat de reis van 2013 kan beginnen staat de boot buiten te wachten tot de mast weer kan worden geplaatst. deze winter zijn er omvangrijke werkzaamheden uitgevoerd waarvoor de boot een paar maanden binnen heeft gestaan. Een belangrijke reden was onderhoud aan de voetrails, waardoor ruim 200 bouten moesten worden verwijderd en dus evenveel (tijdelijke) gaten in het dek ontstonden.
Tijdens de periode binnen werd de kans benut om op de polyester omhulling van de loden kiel een extra glasmat aan te brengen met daarop nieuwe lagen coppercoat. De boot was dusdanig opgebokt dat de onderkant van de kiel goed bereikbaar was en goed kon worden aangepakt..
De oorspronkelijk zwart geanodiseerde voetrail zag er niet meer uit en is opnieuw blank geanodiseerd. De waarschuwing dat elke beschadiging, hoe klein ook, zichtbaar zou zijn heb ik voor lief genomen. Een nieuwe rail met dezelfde afstand tussen de schroeven was niet te vinden en het dichtmaken van de ruim 200 bestaande gaten zag ik niet zitten.
In plaats van de originele kluisgaten (zie inzet) midscheeps en achter zijn kleine bolders geplaatst. Tesamen met de grote bolders lijkt het misschien wat overdone, maar in de praktijk blijkt het reuze handig.
De bolders die eerder een plekje op het dek hadden hebben nu de plaats van de kluisgaten ingenomen. Een belangrijk voordeel: de genuaschoten blijven niet meer achter de bolders haken.
Op de punt van de boot zijn de voetrails ingekort en twee bolders geplaatst. Dit is handig om de boot stabiel in het midden van een box te houden als er een stevige zijwind staat. Eerder gebruikte ik daarvoor het oog dat op de foto nog niet verwijderd is.
Ik heb de handrails deze winter grondig geschuurd en voorzien van enkele lagen twee componenten blanke lak. Mooi wit gebleekt teakhout op het dek vind ik mooi en is nodig om het dek stroef te houden. Goed verzorgde, blank gelakte en glanzende handrails vind ik veel mooier. Het teakhout onder de luchthappers staat nog op het to-do lijstje van een volgend jaar
Op de voorzijde van de kajuit bevonden zich een tweetal oerlelijke bevestigingspunten voor looplijnen en wat verder naar achteren zaten dekogen die zo klein waren dat ze onbruikbaar waren. Om het geheel een wat fraaier aanzicht te geven en om een mogelijkheid te hebben om de vallen aan vast te knopen heb ik een beugel ontworpen die in de bestaande gaten past. De beugel geeft ook houvast als er naar voren moet worden gegaan bij slecht weer.
In de winter 2012-2013 is de VolvoPenta motor gereviseerd. De motorfundatie is grondig gereinigd en is voorzien van enkele lagen epoxy bottomcoat. Alles is gereed om de 'als nieuwe' motor weer terug te plaatsen..
De motor is gereviseerd bij een revisiebedrijf met een goede reputatie. Mijn opdracht was om ALLE aan slijtage onderhevige onderdelen te vernieuwen, Zo werden niet alleen de cylinderbussen, de zuigers en kleppen vernieuwd maar ook werd een compleet nieuwe cylinderkop geplaatst. Niets zou aan het toeval zijn overgelaten, was het maar zo. . . . Revisie is niet alleen het vernieuwen maar ook het professioneel plaatsen van deze onderdelen. Daarnaast gaat het ook om revisie van hergebruikte onderdelen. Ik onthoud me van een uitspraak, maar ik zal dit bedrijf aan niemand aanbevelen.
De 20 meter lange mast ligt klaar om op de boot te worden gehesen. Hiervoor is een bouwkraan besteld, omdat de mastenkraan van Draaisma hier niet geschikt voor is. Bovendien is het te ondiep voor ons bootje onder de mastenkraan.
En dit 'mini' hijskraantje moet ons mastje van 250kg gaan optillen? Zou dat wel lukken? Peentjes zweten dus! Tijdens het opstellen knapte een hydrauliekslang, zodat de klus toch nog meer dan twee uur in beslag nam.
Met zo'n grote kraan is het geen verrassing dat de giek meer dan voldoende lengte heeft om de benodigde hoogte te halen. Het hijsblok hangt ruimschoots boven de mast.
Inmiddels zijn we in de zuiderhaven van Harlingen, de reis is begonnen. We zijn eerst naar Leeuwarden gevaren nadat ik zelf waterlekkage in het koelwater circuit heb hersteld.Bij het revisiebedrijf is een verkeerde maat waterslangen gemonteerd. "Lekte de motor dan niet op de testbank?" "Nee, we hebben de waterslangen pas vervangen nadat de motor al van de testbank was gehaald" . .. Het revisie bedrijf komt ook nog aan boord om een olielekkage te verhelpen. "Sorry meneer, een verkeerde pakking, .en wat zegt u? Rookt de motor? Meneer, de motor moet nog inlopen. Dat gaat wel over."
En we zijn vertrokken, met als doel Polen, de Baltische staten, Finland, de Botnische golf en via Zweden weer terug, We varen langs de Pollendam en Harlingen ligt achter ons. Het zal wel even duren voor we hier weer terug zijn.
Ruim vier uur na vertrek zijn we bij de west cardinale boei TG, iets ten NW van de westelijke punt van Terschelling en dus duidelijk op de Noordzee . Het is mooi weer, maar snel zeilen is er niet bij.
Hoewel we niet erg vroeg zijn vertrokken en het pas kwart over twee is, is Hilda hier al bezig aan haar middagslaapje.
Eigenlijk gebeurt er niet zo heel veel tijdens zo'n dag, zeker niet als de zee zo vlak is. Met zulk mooi weer is de zonsondergang om kwart voor negen 's avonds een hele happening. Heel langzaam zakt de zon achter de horizon en gaan we de nacht in boven de Duitse waddeneilanden.
We zien de zon weer boven de kim verschijnen om kwart over vier de volgende dag. Wat dan ook duidelijk wordt is de enorme rookpluim achter de boot. De motor rookt geweldig. Oliepeil, temperatuur en niveau van het koelwater zijn normaal en ik kan weinig anders doen dan maar doorvaren naar Cuxhaven.
Wat ook opvalt zijn de kleine plasjes bruin water voor de motor. Waar het vandaan komt is me ook al snel duidelijk.
De bruine strepen langs het expansievaatje van het interne koelvloeistof spreken boekdelen. Voor de revisie was dit ook al zo en daarom was het koelvloeistof voor de revisie slechts tot het absulute minimum gevuld. De lekke koppakking die tijdens de revisie tevoorschijn kwam was volgens het revisiebedrijf hiervoor de verklaring. Maar waarom dan nu opnieuw. . . er zit nu toch een nieuwe koppakking in de motor?
We komen in potdichte mist aan in Cuxhaven en missen daarom de ingang naar de jachthaven. We onrdekken dat pas als we binnen zijn en het er heel anders uitziet. Het blijkt dat we de Amerikahaven zijn binnen gevaren, een ingang meer zuidwaards. Hier vinden we een verenigingshaven waar iemand op de steiger staat te wenken dat we daar ook kunnen aanleggen. Die dag bellen we het revisiebedrijf om de rookkolom te melden.
De baas van het revisie bedrijf is helaas met vakantie en we moeten een week wachten voor hij ons kan bezoeken. Er zit weinig anders op dan in ons lot te berusten
We doden de tijd met wandelingetjes naar allerlei plekjes in Cuxhaven. We kijken in de bekende jachthaven om te zien wat daar ligt, maar bekenden zien we niet
De semafoor is een van de overblijfselen uit de oudheid, maar het apparaat wordt erg netjes onderhouden
De semafoor werd vroeger gebruikt om de windsterkte aan te geven. In Cuxhaven geeft de semafoor de winsterkte aan in Helgoland en Borkum. Wat de 'B' en de 'H' betekenen lijkt me wel duidelijk.
De baas van het revisie bedrijf is, onderweg van zijn vakantieadres naar Nederland, langs geweest. Volgens hem stelt het allemaal niets voor en is er niets aan de hand. Ik kan zonder zorgen doorvaren, het motortje loopt als een zonnetje volgens hem en het roken komt doordat de motor nog lang niet is ingelopen. De afzuiging aan het kleppendeksel wordt tijdelijk verwijderd en ik krijg het advies om het weer te herstellen nadat de motor beter is ingelopen. We zijn daarna doorgevaren naar Brunsbuttel, het begin van het Noord-OostZeekanaal.
's Morgens vroeg, de derde juni om half zeven, zijn we klaar om naar de andere kant van het NOK te varen. Ik ben niet erg overtuigd dat de motor in topconditie is, maar ik moet maar op 'de expert' vertrouwen. Motorproblemen tijdens de doorvaart van het NOK is tamelijk desastreus en daar zit ik absoluut niet op te wachten.
Het is mooi weer, de motor loopt mooi en regelmatig en ik bemerk duidelijk minder rookvorming. Langzamerhand keert de rust in mijn lijf terug en ik begin er weer in te geloven.
Aan de rechterzijde op de foto de 'Brückenterrassen', een Café - Restaurant met 'Schiffsbegrüßungsanlage' onder de spoorbrug in Rendsburg. De gasten zitten op de eerste rang om te genieten van zowel passerende schepen als de 'zweefpont' die een paar meter verderop aan de brugconstructie over het Kielerkanaal hangt en op deze wijze van de ene naar de andere kant 'zweeft. Sinds juni 1997 verwelkomt de 'Schiffsbegrüßer' passerende schepen met de nationale vlaggen en door het spelen van hun volkslied. Ik moet toegeven dat het al even geleden is dat ik het 'Wilhelmus' heb gehoord, maar de Nederlandse vlag wappert wel.
In Holtenau moet worden betaald voor de doorvaart van het Nok, oftewel het Kielerkanaal. Dit trapje moet worden beklommen om bij de sluismeester te betalen. De kosten van de doorvaart zijn voor de bijna drie meter extra lengte ten opzichte van de vorige boot drie-en-half keer zo hoog.
In Holtenau hebben we lang gewacht voor de sluis. Vanwege reparatiewerkzaamheden aan de oude sluis gaan we door de grote sluis. Hoewel er wel ruimte voor is, worden er gelijktijdig met heel grote schepen geen jachten geschut, We moeten twee grote jongens voor laten gaan, maar eindelijk schuift de sluisdeur open en de Oostzee ligt voor ons. Het is al na zessen en daarom brengen we de nacht door in het haventje naast de sluis in Holtenau.
Met een mooie wind varen we de volgende dag richting Gedser, naar uiteindelijk wordt het Burgstaaken op Fehmarn. Hoewel het fantastisch zeilweer is hebben we geen zin om te gaan kruisen en door wat ruimer te varen wordt het op en top genieten. Het genieten wordt helaas een beetje beperkt omdat ik in Holtenau heb ontdekt dat de motor olie lekt. Ik kan nog niet erg precies bepalen waar het vandaan komt, maar het zit ergens aan de voorzijde. Ik hoop van harte dat het niet erger wordt.
Het sturen van de boot laten we over aan de windvaan. Ik heb deze winter hier wat onderhoud aan gedaan en het resultaat is beter geworden, maar de zeer stabiele koers die we met deze windvaan op de vorige boot en bereikten halen we niet met de Trintella.Ook de vorige jarent hebben we gemerkt dat we met de Trintella meer moeten sturen om een rechte koers te varen. De boot is minder koersstabiel.
De koersplotter toont waar we ons bevinden en welk traject we hebben gevaren. De slag onder op het scherm is veroorzaakt door een koerswijziging die we moesten maken omdat we in een schietgebied dreigden te komen. Een guardschip kwam ons netjes vertellen dat we een stukje moesten uitwijken om rond het gebied te varen
Inmiddels hebben we Burgstaaken weer verlaten en zijn onderweg naar Gedser op het zuidelijkste puntje van Falster in Denemarken. Omdat we gisteren de hele dag hebben gezeild heb ik geen idee hoe het met de olielekkage is gesteld. we moeten afwachten.
Bij aankomst in Gedser is het goed fout. We hebben maar een klein eindje gemotord en er ligt behoorlijk veel olie voor de motor. Ik kan zelfs constateren dat het op drie plaatsen lekt. Het komt bij de poeling van de krukas langs met als gevolg een rondslingerend oliespoor. Ook vanaf de waterpomp drupt olie naar onderen en ook midden onder de motor binnen de motorfundatie ligt olie. Het revisiebedrijf wil nieuwe oliekeringen sturen, maar ik heb geen goed gereedschap om de poelie eraf te krijgen. We besluiten met pijn in het hart om terug te keren naar Nederland. De waterlekkage langs de dop van het expansietankje is minimaal, omdat ik het niveau weer teruggebracht heb tot het absolute minimum, zoals voor de revisie.
We zijn weer op de terugreis! In Gedser is er nog iets duidelijk geworden. met onze splinternieuwe lichtaccu's, 2 maal 225 Ah, is iets goed mis. Ze zijn binnen de kortste keren leeg terwijl er nauwelijks stroom afgenomen wordt. De leverancier nodigt me uit om ze te komen omruilen voor accu's van een ander merk, maar dat is vanuit Gedser een beetje lastig.
Onderweg zien we dat de olielekkage er niet beter op wordt. In Gedser had ik alles netjes schoon gemaakt maar na een uurtje motoren was dit het resultaat
Op de motor varen we van Gedser naar Holtenau. Onderweg worden we met het volgende probleem geconfronteerd. De babystag komt naar beneden. Onbegrijpelijk, want voordat de mast werd gezet heb ik alle stagen nauwkeurig visueel geinspecteerd op gebroken tieren en niets kunnen ontdekken. We willen niet zonder babystag de Noordzee over en besluiten in Kiel een nieuwe te laten maken.
Aan het begin van de avond komen we weer in de Kielerfjord. We zien het bekende Naval Memorial bij Laboe al van verre. Toen we er dit jaar langs kwamen hadden we niet gedacht dat we zo snel terug zouden zijn, hoewel . . .ik was er toen ook al niet zo zeker van dat we de reis zouden kunnen afmaken zoals gepland.
Later op de avond maken we vast in Holtenau voor de sluis. Ik ga dan op Internet zoeken naar een bedrijf dat een nieuwe babystag kan maken. Na telefonisch overleg met AWNemeyer kan ik daar na het weekend terecht.
Omdat de accu's erg snel leeg waren in Holtenau en we daar geen walstroom hadden moesten we wel verkassen. Er zijn meer dan voldoende mogelijkheden in de Kielerfjord en we zijn vertrokken met als doel: 'We zullen wel zien waar we naartoe gaan'
Uiteindelijk zijn we doorgevaren naar Dusterbrook waar we een goed plekje vonden en bovendien wat dichter bij AWN waar ik 's maandags terecht kon voor een nieuwe stag. Deze zondag besteden we verder aan wat sightseeing langs het waterfront van Kiel. We hebben vouwfietsen aan boord en maandagmorgen als AWN zijn deuren open doet sta ik op de stoep en gelukkig helpen ze me direct. Het walsen van twee terminals is niet veel werk en ik ben al vlot weer terug op de boot
Ik heb inmiddels via internet wat tips gekreegen ten aanzien van rokende motoren, en een proefje dat me wordt aangereikt, wat langer op hoge toeren varen, levert een stevige rookproductie op. Ik weet zeker dat dit niet normaal is voor een gereviseerde motor waarin vrijwel alles is vervangen.
Om half elf die maandag liggen we ook al weer in de sluis en kunnen aan de tocht door het Kieler kanaal beginnen. Eigenlijk loopt de motor best wel goed, maar ik erger me aan de rooksliert die achter de boot hangt. bij geen enkele andere boot die ons inhaalt of die wij passeren zie ik ook maar de minste rookvorming, terwijl wij maar rook blijven produceren. Halverwege het kanaal poets ik de motorruimte nog maar eens schoon. Het gaat me niet eens zo zeer om de hoeveelheid olie maar meer om de viezigheid, terwijl de ruimte bij inbouw weer zo prachtig schoon was.
In Brunsbuttel ziet de motorruimte er weer ernstig vervuild uit en het ligt niet alleen op de grond maar de krukaspoelie slingert de olie ook omhog. De olielekkage bij de waterpomp wordt ook erger en onder de motor binnen de fundatie ligt ook een stevig plasje olie. Ik vul steeds een beetje olie bij om het midden te houden tussen minimum en maximum. Door (te) veel olie zou de druk wel eens hoger kunnen worden en daarmeer de lekkage misschien ernstiger.
Terwijl wij wachten op een gunstig tij varen behoorlijk grote schepen de sluis in om hun reis op de Elbe voort te zetten.
De volgende morgen worden we tesamen met een wat groter schip geschut. Een stel Zweden met de Bavaria die achter ons in de sluis ligt, had ons gevraagd of ze achter ons aan de sluis in mochten varen omdat ze zich wat onzeker voelden. In de sluis vroegen ze opnieuw een escorte naar Cuxhaven. In de buurt van Cuxhaven, toen wij de Elbe gingen oversteken, bleven ze, ondanks onze marifoon oproep en ondanks ons wenken, de stuurboord zijde aanhouden . Een behoorlijk lange tijd later kwamen ze ook binnen in de jachthaven en vertelden dat ze tegen de stoom in, terug naar de jachthaven, niet zo'n heel goede voortgang meer maakten. Nogal losich als je 4,5 knoop stroom tegen hebt
Vanuit Cuxhaven zijn we naar Norderney gevaren om eens te proberen of we met onze diepgang daar konden overnachten. De eigenaar van een ander jacht, dat even diep stak, verzekerde ons dat hij daar vele keren was geweest en dat het aan het uiteinde van de steigers geen enkel probleem opleverde. Wij hebben dat ook ervaren en we hebben daar een paar nachten gelegen omdat het behoorlijk winderig was.
De diepte op Norderney was voor ons geen probleem en helemaal aan de buitenkant was niet nodig geweest, maar met de heersende westenwind lagen we prima met de kop in de wind en was de kuiptent niet nodig..
In een kort durende 'luwte' zijn we via de Schluchter weer de Noordzee op gegaan en rond het Borkumrif naar Borkum gevaren. Daar komen we midden in de nacht bij de Fischerbalje aan. Het is op dat moment, om half twaalf, al twee uur na laag water. We verwachten dus wel wat stroming, maar bij het uiteinde van de strekdam is het water geweldig in beweging, voor zover we het kunnen zien in het donker. Ook merken we dat we de stroom goed mee hebben naar de haveningang. Vooral in het donker is het fijn als je ter plaatse goed bekend bent, wat we overigens niet zijn, want het is nog even goed opletten voor de onverlichte tonnen onderweg. In het donker vinden we een goed plekje.
Het is inmiddels wel een ware bende voor de motor en het weekend besteed ik nogal tijd om de zaak weer goed schoon te krijgen. Ik heb het wel gehad met deze revisie en ben overtuigd dat er ingrijpende dingen moeten gebeuren. Hopelijk is het revisiebedrijf hier ook van overtuigd, maar ik heb mijn twijfels gezien het medeleven tot nu toe
Na een weekend met zaterdag veel wind vertrekken we maandagmorgen voor dag en dauw om half vijf. We willen vandaag Harlingen halen en het ziet er niet naar uit dat we kunnen zeilen.
Het eerste stuk van Borkum tot boven Ameland is er weinig of geen wind, en we motoren. Ik ruim tijdens het varen de olietroep nog een keer op. De olie lekkage neemt steeds ernstiger vormen aan. Bovendien kondigt het zoveelste probleem zich aan. Tijdens de revisie is er een splinternieuwe dynamo geplaatst. Het valt ons op dat de spanning van de dynamo steeds lager wordt. Dat betekent dat de slechte accu’s ook nog eens slecht worden opgeladen. Ik veronderstel dat de koelfan van de dynamo ook de nodige olie de dynamo inblaast met alle gevolgen van dien, maar ik kan er helaas niets aan veranderen.. Vanaf het midden van Ameland krijgen we wat meer wind en om kwart over vier, een uur na hoogwater Terschelling draaien we het Stortemelk in. Door de Nederlandse kustwacht zijn dan al waarschuwingen voor windkracht 6 uitgegeven voor de meer zuidelijk gelegen kustgebieden. Maar ook in het district waar wij varen is de wind inmiddels behoorlijk aangetrokken en met halve wind hebben we geen enkele moeite om de tegenstroom te overwinnen. De grondsnelheid komt nog dik boven de 6 knopen uit. We zeilen vlot naar Harlingen en krijgen van de Havendienst weer een plekje in de Zuiderhaven toegewezen.
Vanuit Harlingen varen we naar Leeuwarden en opnieuw krijgen we nauwelijks support van het revisiebedrijf. Ik vervang zelf een kapotte regelaar in de nieuwe dynamo omdat de dynamo niet door het revisiebedrijf was geleverd. De lekkende waterpomp bouw ik uit, moet constateren dat het ding helemaal niet gereviseerd is, lever het af bij het revisiebedrijf en krijg het twee dagen later weer terug, door de eigenaar persoonlijk perfect gereviseerd, De oliekering wordt vervangen nadat we al 10 dagen hebben liggen te wachten. Het is niet afdoende want tijdens de revisie had men het loopvlak van de poelie moeten afdraaien om weer een goede afdichting te bereiken.. Pas een week later komt de monteur terug met de afgedraaide poeling en dan is het probleem verholpen. Aan het roken wordt niets gedaan want daar wil men later naar gaan kijken. Het kan helemaal geen kwaad beweert men. Het zal wel geen kwaad kunnen, maar ik weet wel dat ik elke 60 uren dat ik de motor gebruik een liter olie moet bijvullen en het meeste daarvan komt als rook uit de uitlaat.